Kraksoy

Kraksoy
Parel bij Kraksoy, Noorwegen

zaterdag 23 juli 2022

Zeehonden in Cuxhaven

 Zaterdag 23 juli 2022

Om 5 uur worden we wakker, en om 5.30 gooien we los en verlaten ons mooie plekje in het Gieselau kanaal. Ondanks dat je daar bijna 1km van het (NOK) kanaal vandaan ligt merk je toch de zuiging als er door het kanaal een groot schip passeert. Gisteravond begon op enig moment de boot langs de steiger te schuiven, zakt een halve meter omlaag schuift weer terug. Als je met korte lijnen vastgemaakt hebt dan heb je flinke schade.

Het kanaal is om 6 uur in de ochtend nog erg verlaten. Voor ons gaan 2 grote schepen, die een eind verderop voor 3 rode lichten moeten wachten. Tegen de tijd dat wij er zijn is de grote tegenligger gepasseerd en mogen we ongehinderd verder. Het is frisjes op het water, dus het hele zeilpak aan.

Om 9.30 komen we bij de sluis van Brünsbüttel aan, een uur te vroeg voor het uitgaande tij, van een afstand zien we jachten invaren maar vlak voor onze neus gaan de deur dicht. Aan de ene kant altijd jammer, aan de andere kant kunnen we beter aan deze kant van de sluis een uurtje wachten op de kentering van het tij dan aan de andere kant. We hadden per slot een uur gerekend als wachttijd voor de sluis.

Met de volgende schutting omstreeks 10.30 gaan we met nog 4 jachten de sluis in. Sluis varen blijft een boeiende bezigheid waarbij het als schipper geen kwaad kan je te verdiepen in de theorie van in en uitvaren, aanleggen en afvaren. De schipper voor ons geeft een duidelijk voorbeeld. Hij ligt als voorste boot, wij liggen er een 10m achter. De deuren gaan open en zijn hele bemanning, een vrouw en 3 dochters, wacht gespannen af. Één van de dames loopt met een camera rond om alles op film vast te leggen. Één doet het voorlandvast, één het achter landvast. Als er verder geen duidelijke aanwijzingen van buiten volgen, zoals lichten die op groen springen kijkt de schipper onzeker om zich heen, wat doen de andere schepen? Als aan de stuurboordzijde van de sluis de schepen losgooien om uit te varen besluit onze voorligger dat dan ook maar te doen. “Los” of zoiets is zijn commando, en de dames beginnen de landvasten los te gooien en binnen te halen. De achterlandvast dame is daar sneller in dan de voorlandvastdame met als gevolg dat als achter al los is, voor nog stevig trekt om de lijn door de ring op de wal te halen. Gevolg, de boeg wordt tegen de wal aangetrokken, lage wal, en de kont gaat richting midden van de sluis. Als alles los is ligt ie met de boeg tegen de wal en de kont er ver vandaan, door de wind begint de boot naar ons toe te schuiven. Hij lost het keurig op. Geeft flink gas in achteruit, vaart achteruit terug de sluis in, als er ruimte is vooruit en stuurt keurig vrij van ons. Van andermans fouten kun je leren, dus maakt Margarethe eerst de voorlijn los, dan trek ik met de achterlijn de kont naar de kant en daarmee de boeg in de gewenste vaarrichting, los, gas en gaan. 

Zodra de deuren open gingen begon het water in de sluis al te golven, buiten nog veel meer. We hebben stroom mee maar de wind bijna recht tegen. 15 mijl naar Cuxhaven over de Elbe met stroom mee en wind recht tegen. Aanvankelijk weinig stroom en 10kn wind, een uurtje later 2 knopen stroom mee en af en toe 20+kn tegen. We zetten de fok bij en sturen een net bezeilde koers. Ons scheepje ligt dan veel prettiger, beweegt soepeler en krijgt ook meer snelheid. Wel gaan we dan niet recht op ons doel af, moeten af en toe overstag, maken meer mijlen maar, in vergelijking tot de schepen die wel precies de geul volgen zonder zeil bij, schieten we beter op. Voor alleen op zeil kruisen, over dit hobbelige water zijn de golven te hoog. Bij iedere golf lig je bijna stil. Kost veel tijd en is misschien leuk als je 20 bent maar die tijd hebben we net achter ons.

De Elbe is berucht om de wind tegen stroom situaties en we kunnen dat alleen maar be-amen. Een hobbelpaard is er niks bij en af en toe een flinke plens buiswater over. Maar ook: wat doet dat scheepje het prachtig en we komen er wel. We proberen een klein stukje zonder fok maar dat is helemaal niks, dus fok weer bij en kruisen. 

De aanloop van de haven is nog een dingetje apart, de ingang is smal en als wij daar ongeveer zijn stroomt het water er met een ruime 3 knopen voor langs. Als je bij de haveningang nog te ver uit de wal bent schiet je er langs en kom je niet zo makkelijk tegen die stroom in weer terug. De richting waarin de boot wijst is beslist niet de richting waarin je over de grond beweegt vanwege de stroom. Op de plotter kan ik gelukkig precies de beweegrichting over de grond zien en die probeer ik precies op de haveningang gericht te houden. Een 50 meter voor de ingang zijn we dicht bij de wal, Margaretha trekt razendsnel de fok weg en met een paar meter ruimte aan de bovenstroomse kant schuiven we op volle snelheid door de ingang naar binnen. Dan kan het gas er af en kunnen de zenuwen weer even ontspannen. In de rust van de haven hangt Margaretha de stootwillen buiten en legt de landvasten klaar en om 14.15 maken we vast in een box. Koffie met een boterham, pffffff, zeilen is altijd anders en blijft spannend. Leuk.

Parel achter anker in Cuxhaven


In de haven zwemmen 2 zeehonden rond, één ligt al uit te rusten en te zonnen op de jollensteiger, de 2e komt er even later bijliggen. 

Één zeehondje op de jollensteiger, gezellig samen met een eend. Zijn vriendje komt er al aanzwemmen


En nu gezellig met zijn 2en op de steiger.


Na een voortreffelijk diner in het havenrestaurant gaan we de tocht van morgen voorbereiden. We willen met het afgaande tij om 11.00 uur vertrekken, de Elbe uit en dan in één keer door naar Lauwersoog. Vanaf 13.00 loopt het tij bij Schiermonnikoog naar binnen, daar mikken we op. Zondag en maandag is de wind niet te hard, en wisselend oostelijk en zuidelijk. Een gunstig weergaatje. Maandagmiddag draait ie voorlopig weer naar stevig west. Dan hopen wij inmiddels in Lauwersoog te zijn. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten