Kraksoy

Kraksoy
Parel bij Kraksoy, Noorwegen

maandag 19 oktober 2020

  Seizoensafsluiting 2020

 Vrijdag 16-10-2020 

Na het bezoek van de schoorsteenveger en een boodschap staan we om 11.00 uur klaar voor vertrek naar Warns. Als we daar aankomen zien we naast Parel nog een North Beach liggen. Het blijkt de “Digna” te zijn, voormalig “Ziltkop”. 



Die hadden we al eens zien liggen in het villawijkje van Koudum maar nog geen kontakt gehad met de eigenaar. Die heeft zijn schip er juist neergelegd voor de winterstalling en legt nog net de laatste touwtjes recht. We maken een praatje met de schipper, zijn vrouw en dochter. Hun vorige schip was een schouw, “Trijn van de Leemput” waarmee ze veel naar de Oostzee geweest zijn. In de legende van Trijn van de Leemput in de Utrechtse historie, heeft Trijn een dochter die Digna heet, vandaar. Aangezien de schouw voor de schipper van 85 jaar en zijn vrouw van 76 wat bewerkelijk begon te worden werd het tijd voor iets hanteerbaarders, een North Beach. Aanvankelijk waren zijn buren er erg op tegen, die vonden een schouw voor de deur een mooi uitzicht en vreesden voor een plastic zeilboot. Maar de looks en uitstraling van de North Beach stemden hen geheel tevreden. Ook de eigenaar kijkt iedere ochtend zeer tevreden door het raam naar de Digna. Uiteraard kwam het gesprek ook op de NBOA en ook Digna gaat zich daar bij aansluiten. 

Tijdens onze lunch gaat Digna in de takels en tegen dat we vertrekken staat ze op de bok. Uit voorzorg heeft de haven de waterslangen alvast weggehaald maar er staat gelukkig nog wel water op de kraan. Met het opvouwbare 10L waterzakje vullen we met een aantal keren lopen de tank voor de komende dagen. Voor onze eerste overnachting gaan we richting Morra en nemen bij het eerste eilandje de mooring.  De Geeuw, heet het plasje  olgens de kaart. Aan de mooring is het tijd voor borrel, palaver en plannen maken voor de komende dagen. Einddoel van deze reis is Spakenburg waar we woensdag aan willen komen.

Parel aan de mooring op de Geeuw (foto van Henk)


 Zaterdag is er erg weinig wind voorspeld, zondag NW2 en daarna ZW en regen. We willen zondag ergens in de buurt van de Randmeren zijn om dan van dag tot dag verder te zien. Met dat plan in de zak genieten we nog van een smakelijke maaltijd en een rustige avond. 

Zaterdag 17 oktober 2020 

Het is pas wat later licht dus zo heel vroeg zijn we niet op. Eerste handeling is het ontsteken van de kachel en al gauw stijgt de temperatuur van een koele 8⁰ naar een behaaglijke 18⁰. We zijn weer erg blij met onze Russische Planar. Na ontbijt gooien we los en varen richting Stavoren. Op de kade bij Jachtcenter Warns ontwaar ik een figuur die de hond uitlaat. Zou dat Henk zijn, van de NB “Water en wind”, net als een paar weken geleden. En jawel, hij zwaait al, we varen er naar toe en maken even kort een praatje. Vandaag gaat zijn boot ook naar de Stormvogel voor de winterstalling. 

We passeren vlot de brug bij Warns en leggen in Stavoren aan bij wat van de Pol was. Er is nog wel een pomp maar geen winkel meer. Voor ons is een Duitse motorboot, die blijkt 1000L te tanken dus we moeten wel even geduld hebben, maar daardoor is er alle tijd voor een praatje met de nieuwe eigenaresse. Als wij aan de beurt zijn gooien we de tank vol GTL. We kunnen vlot door de sluis en zetten koers naar Enkhuizen. Alles op de motor want wind is er niet of nauwelijks. Net als we besloten hebben dat we niet naar de Buijshaven, niet naar de gemeentehaven maar naar de Compagnieshaven zullen gaan bedenkt Margaretha dat Wijdenes ook wel leuk zou zijn. Goed plan, we leggen kort aan in de gemeentehaven voor een bliksembezoek aan de viskraam om daarna richting Naviduct te gaan. Als we dat gepasseerd zijn motorren we rustigjes naar Wijdenes. 

Wijdenes



We zijn de enige boot in het schitterende haventje. Wel enkele snelbootjes die van de trailer gelaten worden maar die zijn eind van de middag allemaal verdwenen. We hebben een rustige avond met schitterend sterrenhemel. Het kacheltje maakt de herfst avond en volgende ochtend aangenaam. Zonder dat is het een stuk killer en klammer. Wel moet je zonder walstroom en weinig zon overdag af en toe onderweg met de motor een beetje stroom draaien om s’avonds de kachel op te kunnen starten. Wijdenes blijkt in het licht van de zonsopkomst een sfeervol plaatje op te leveren. 



Zondag 18 oktober 2020 

Na ontbijt varen we uit en eenmaal uit de luwte van de dijk blijkt er 5-10 kn wind te staan, net genoeg om het zeil te zetten en in stilte onze tocht te vervolgen. Het licht in oktober tovert een zilveren glans op de rimpels van het IJsselmeer, een bijzondere sfeer die het zeilen in deze tijd een heel eigen beleving geeft. En met voldoende warme kleding aan vinden we dat puur genieten. Af en toe zakt de wind onder de 5kn en dan lig je praktisch stil op de IJsselmeergolfjes te klotsen, dus even de motor bij. Daarna weer genoeg wind om een stukje te zeilen. Aan de wind zeilen is bij 10kn wind veel minder spectaculair dan bij 20kn maar ondanks de lagere snelheid vind ik het sturen op de telltails bij deze omstandigheden geweldig leuk. Het heeft iets fascinerends hoewel ik kan begrijpen dat niet-zeilers daar de lol niet van inzien. 

Voor de Hollandse brug komen we bij de IJm9 in de geul en in de middag varen we de kom van de Schelp in. En wie ligt daar? De Flecha Verda. Vroeger dacht ik dat dat “Groene Vlek” betekende maar het blijkt “Groene Pijl” te zijn. De Kolibrie 560 van Simon, de grote schipper van de kleine bootjes, vader van de Small Ships Race. Hij ziet ons komen en neemt vriendelijk onze touwtjes aan. Hij was eigenlijk van plan het hele weekend te gaan zeilen om zijn boot naar de winterstalling te brengen maar bij gebrek aan wind is het een uitgebreide (meegebrachte) lunch met wijn op de Schelp geworden. Nadat wij vastgemaakt hebben gooit hij los om richting Spakenburg te gaan. Op de Schelp staan tegenwoordig een aantal halve oliedrums op de kant om het kampvuurinstinct van de passanten in goede banen te leiden. In voorgaande jaren werd eind oktober hier altijd het “Stoere mannen weekend” of het weekend van “De heren van de Schelp” georganiseerd. Vrijdagavond met bootjes verzamelen op de Schelp, kampvuur, vleesjes roosteren en een slokje drank. Zaterdag naar een te bereiken haven en uit eten, zondag iedereen weer naar huis. Als seizoensafsluiter. Maar ja, met Corona zit dat er dit jaar niet in. 

Het kacheltje heeft savonds een startprobleem. Even de motor laten lopen helpt bij het opstarten met ietsje extra stroom om de gloeipit heet te krijgen. Als de kachel brandt kan de motor weer uit. 

Maandag 19 oktober 2020 

Na het ontbijt gaan we even in onze oude haven in Naarden kijken, daar hebben we toch 11 jaar met veel plezier gelegen. En als we daar dan toch liggen kunnen we gelijk even naar de wc en wat vuilnis wegbrengen. Daarna vertrek richting Doode Hond. Eenmaal voorbij de Schelp kan het zeil omhoog en zeilen we met 7kn wind en een 3,5kn snelheid richting Spakenburg. Plan is om op de Doode Hond , een eilandje net voorbij de Gooise Brug, te overnachten. Vandaar is het nog 1-2 uurtjes naar de winterstalling. We kunnen prachtig halve wind en later aan de wind zeilen langs Almere en Huizen. Vooral bij Huizen zie je zelfs nu nog de restanten van de waterplantenvelden en moet je eigenlijk in de geul blijven. 

Aangelegd op de Doode Hond halen we alvast alle zeilen mooi droog er af. We checken de weerberichten voor de komende nacht. ZO 3 tot 4, dat is recht het haventje in en dat wordt dan een erg onrustige nacht. We besluiten om voor de nacht nog een eindje door te varen naar de WSV Spakenburg, daar liggen we beschut en op loopafstand van een hele goeie viskraam. Goeie keus.

Avondstemming Spakenburg vanaf de boot



zaterdag 19 september 2020

Margaretha wordt brugwachter

 Zaterdag 19 september 2020

De nacht is fris en we slapen uit tot een uur of 8, bijzonder lang voor Margaretha haar doen. Als een echte bikkel neemt ze een ochtendduik in het toch ook frisse water. Held. Na ontbijt maken we los van de meerboei en gaan met de wind recht op kop op de motor richting Fluessen. Daar gaat het zeil op en kruisen we richting Heeg. Bij het begin van het Heegermeer worden we uitbundig toegezwaaid vanuit een Noordkaper: Joost en Gonnie, we zwaaien net zo uitbundig terug en hebben daarna even whatsappkontakt. 

De Jeltesloot ligt recht in de wind, we zijn met pensioen dus het motortje gaat bij. Bij het PMkanaal bb uit en bij de Hoitesloot weer sb uit. In deze sloot zit een brug die dicht blijkt te zijn. Het is een zelfbedieningsbrug dus we moeten zelf aan het werk. Ik verwacht, net als in de Broeresloot, een drukknop bij het water maar de bediening blijkt vanaf de wal te moeten. We liggen nog net niet aan het steigertje en ik zeg tegen Margaretha: stap jij even af en doe de brug open dan vaar ik hem er door en stap je aan de andere kant weer op. Volledig onvoorbereid stapt ze op de wal en krabt zich vertwijfeld achter de oren, waar ben ik aan begonnen. Maar vanuit de boot zie ik Margaretha even later over de brug heen en weer hollen, de slagbomen dicht doen en de brug gaat open, het licht springt op groen en ik kan er door. Na de brug is ook een steigertje en daar pik ik haar weer op. De brug blijft open staan, dat moet volgens de gebruiksaanwijzing zegt Margaretha. Wat een veelzijdige knappe vrouw is ze, kan zomaar onvoorbereid voor brugwachter spelen. Bij Langweer, aan de Kaai, vinden we een mooie plekje voor de nacht. 

De zelfbedieningsbrug in de Hoitesloot. Margaretha aan het bedieningspaneel


Laaxum onbereikbaar

 18 september 2020 

 In Stavoren gaat de sluis al open voordat we aan kunnen leggen, we varen gelijk in en worden direct geschut. In de kom na de sluis zetten we zeil en op fok en grootzeil zetten we koers naar het Oosten. Na een paar mijl kunnen we pal Noord, we strijken de zeilen en koersen nu recht af op het haventje van Laaxum. De diepte loopt nu gestaag terug van 2,3m naar 1,5m, naar 1,1m en dan varen we met 1m diepte het haventje in. Eenmaal binnen de pieren loopt de diepte snel terug. 0,9m 0,8 0,7 en dan zitten we muurvast. Onze dieptemeter geeft weliswaar 15cm te weinig aan maar veel gas, weinig gas, roer sb, roer bb, het helpt allemaal niks. De visser van de haven, die net op zijn boot zat legt uit dat de waterstand verlaagd is. Normaal hebben we hier wel 10cm onder de kiel over maar nu komen we duidelijk te kort. Er zit niks anders op dan achteruit terug te gaan en een nieuw plan te maken. 

Het leek zo leuk. Op vrijdag eind van de ochtend naar Lelystad, bij Paul op de boot koffie drinken en dan door naar Parel in Warns. Om 15.00 gooien we los met het plan om in Laaxum een visje te eten en daar te overnachten, zaterdag Lemmer en zondag weer naar Warns. Maar dat Laaxum en vis eten gaat nu een dikke streep door. 

 Eenmaal weer los en varend overwegen we alsnog richting Lemmer te gaan, maar dat is kruisend nog wel een flink eind. Terug naar Stavoren en dan een Marrekriteplekje zoeken lijkt beter. We zetten weer zeil en varen terug naar naar Stavoren. Als we bij het remmingswerk voor de sluis komen gaat ie al open en we varen zo in. Na de sluis leggen we even aan want in Stavoren staat ook een viskraam. Die blijkt van prima kwaliteit te zijn en na ons daar aan gelaafd te hebben varen we op de motor het Frisokanaal op. Net voorbij Yachtcenter Friesland ligt aan sb een klein eilandje met een meerboei, keurig in de luwte. Daar maken we vast voor de nacht, een heerlijk rustige nacht met glasheldere sterrenhemel. Laaxum gaat op de bucketlist voor een volgende keer.

vrijdag 10 juli 2020

Op naar Vlieland

Woensdag 8 juli 2020.

Margaretha begint de dag om 6.30 met zwemmen in de Vrijegrassloot. Wat is Friesland toch mooi, overal vrije ruimte om te liggen, zonsopgang, voordat later de regen begint. We steken daarna weer op tijd van wal en motoren het PM kanaal af, de Jeltesloot door en via Heegermeer richting Workum. Na de sluis is er nog tijd om een paar uurtjes te zeilen en eind van de middag landen we in Makkum, jawel, dat is toevallig, weer pal naast de viskraam die nog open is.

Donderdag 9 juli 2020

Vandaag willen we naar Vlieland. Voor vrijdag is veel meer wind voorspeld en in het weekend wordt het noorden wind. Voor donderdag is oostenwind voorspeld, maar woensdagavond lijkt het op de eilanden oostenwind te zijn en bij de afsluitdijk westenwind. Daar tussen in lijkt geen wind te zijn. Dat beeld wordt donderdagochtend in de voorspelling voor vertrek nog bevestigd.
De GRIB voorspelt een vrijwel windloze oversteek. Maar dat liep anders.

We gooien los om 07.30, kunnen direct de sluis bij Kornwerderzand door en varen om 8.30 de sluis al weer uit. Dat is aan de vroege kant. We willen door het Zuidoostrak en daar is het om 13.00 hoog water. Later willen we over de Waardgronden oversteken naar Vlieland en daar is het om 12.30 hoog water. Idealiter willen we met HW bij de Waardgronden zijn.

Eenmaal in het Verversgat hebben we de stroom mee en steken we eerst een rif en halen daarna het grootzeil weg. Het idee van weinig wind blijkt niet te kloppen, inmiddels geeft de Brandaris waarschuwing 6 en er staat een 15-20knopen oostenwind. Daarmee halen we met stroom mee moeiteloos de 4 knopen over de grond. Tegen 10.00 uur, 3 uur voor hoog water, draaien we het Molenrak in, waar vrijwel overal al 1,20m water blijkt te staan.

Als we richting Inschot gaan is er geen vastloop risico meer en willen we zo snel mogelijk richting Waardgronden. Het grootzeil gaat weer bij, met rif, genoeg om af en toe 5,5 knoop door het water te doen. Soms zakt de wind in en gaat de motor even bij om, nu met stroom tegen, op snelheid te blijven. Als we voorbij het NAM booreiland zijn loopt de stroom fors tegen, het is nu 1,5 uur voor HW en na de bocht in de geul is het echt hoog aan de wind tegen af en toe 20-25knopen wind in. Dat is nog best pittig.

Ik twijfel of het verstandig is om zo meteen met 20-25 knopen wind in de rug over een niet betonde plaat te gaan. Als je met die wind vastloopt heb je een serieus probleem, zeker omdat het net na springtij is en het pas over 2 dagen weer net zo hoog water is. Daar staat tegenover dat het vanmiddag erg hoog is, dus weinig risico op vastlopen. Ik besluit gewoon ons plan door te zetten. Om 12.00, een half uurtje voor HW, zijn we bij de IN3 en gaan we bakboord uit, bij de Staart van Schieringhals, over de Waardgronden naar de VS34 in de Vliesloot. Met alleen de fok bij en een puntje motor gaan we met 4-5kn over de ondiepte, de minste diepte die we zien is 1,50m, bij een waterstand van NAP+100. De bodem ligt hier dus op NAP-50. 

Na een spannend half uurtje wordt het water weer dieper en komen we in de Vliesloot. Die maakt een bocht en het laatste stuk, onder Vlieland dorp door moeten we recht tegen de 20kn wind in. Alle zeil weg en de motor vol gas en een beetje stroom al weer mee kruipen met 2,5-3kn richting haven. Dan is het nog spannend of de haven niet vol is, of we er in mogen? Bij de voorlaatste boei roepen we de haven aan en ja, we zijn welkom. In het vak van de kleine bootjes ligt alles vol en de havenmeester wijst ons een plek in een ander vak aan de wandelsteiger. Later komen er nog 2 boten naast ons liggen. We hebben echt de hele weg behalve veel wind, regen gehad. Onze zeilpakken blijken van binnen droog! En het was een mooie tocht, die we niet zullen vergeten. 

Van een regenweekend thuis naar de zeilschool

Dinsdag 7 juli 2020

Vanwege de wind-, regen-en zonverwachting zijn we een weekend naar huis geweest. Op weg naar huis bij Kniest een zonnepaneeltje van 30W opgehaald en thuis op een rvs paal gemonteerd. Met kantelinrichting zodat het paneeltje altijd maximaal op de zon gericht kan worden. Het vast gemonteerde paneel op het kajuitdak blijkt in de praktijk vaak deels in de schaduw te liggen en dan levert het niks op. Ook een bamboestaak van 2,5m voorzien van maatverdeling, een tennisbal met loodverzwaring onderaan en we hebben een perfecte hardware dieptemeter om op het Wad in de geul voor en naast de boot de diepte te kunnen peilen.

Na het regenachtig weekend thuis zijn we maandagavond weer ingescheept. Het zonnepaneel gemonteerd, het kapotte draadje van de windmeter gerepareerd en dinsdagochtend vroeg, 6 uur, vertrokken richting Grou. Dinsdag is een dag met vooral smiddags veel wind, woensdag weinig wind. Eise, onze kleinzoon zit deze week bij Pean op de zeilschool dus wij maken vast aan een Marrekritekade op de Peanster Ie, ongeveer tegenover de zeilschool. Nog voor we vastliggen schalt er “OPAaaa!!” over het water. Ongeveer 30m vanuit de kant liggen een paar zeilschoolbootjes bij een instructeursbootje en op één daarvan Eise. Ze moeten nu terug naar de zeilschool voor lunch maar vanmiddag komen ze terug. Mooi, kunnen wij ook even lunchen. Smiddags staat er een mooie dikke wind en kan Eise, samen met zeilvriend Tijmen volop aan de bak in de RS-feva. Een licht, snel 2 mans bootje. Dat is werken om het ding overeind te houden, wat niet altijd lukt. Prachtig om de pubers boordevol enthousiasme aan het werk te zien met een ideale wind voor spectaculaire foto’s.
Ook dit is een mooie oefensituatie.

De piloten op hun racemachine. Oefening baart kunst

Na een middag kijken en fotograferen eten we nog een hap en als de bruggen over het PM kanaal weer bediend worden na 18.00, varen we nog weer een eind terug. Voorbij het Snekermeer in de Vrijegrassloot vinden we een mooi plekje voor de nacht. 

dinsdag 30 juni 2020

Texel naar Makkum

Dinsdag 30 juni 2020

Het waait al een paar dagen 6-7Bf en meer en dus zijn we maar op Texel blijven liggen. Voor vandaag was de voorspelling een ietsje minder zodat we besluiten om voor de ZW wind naar Kornwerderzand te zeilen. Uiteindelijk blijkt het toch ZW 6 met vlagen 7 te zijn. Om 9.50 is het LW Oudeschild, om 10.30 gooien we los, afgeduwd door Bart Brink, onze vriend van de Toerzeilers, en in de havenkom gaat het grootzeil met 1 rif omhoog. Buiten de pieren de fok er bij. Het eerste stuk Texelstroom ligt echt plat voor de wind, we zetten de bulletalie op de giek en kruisen voor de wind de geul door. Dat is dus een paar keer gijpen.

We kiezen er voor om geen “stormrondje” te draaien maar om met vier handen te gijpen. Twee handen aan het roer en twee die de grootschoot helemaal inhalen en soepeltjes weer uitvieren. Met gereefd grootzeil blijkt dat met 6Bf nog goed te gaan. Na een paar slagen buigt de geul naar net zuiden af en wordt het meer een bakstagwind tot zelfs halve wind wat verderop. Met fok en gereefd grootzeil lopen we af en toe 6,8kn door het water en we zien tot 8kn over de grond op de plotter. Dat schiet lekker op. De bewegingen van de boot zijn soms redelijk heftig en af en toe kletst het water in de kuip. Dit is prachtig zeilen, zeer beweeglijk water, goed opletten op een mogelijke klapgijp en als alles goed gaat puur genieten.

We varen langs de afsluitdijk op een net niet voor de windse koers, tot de geul een knik heeft en de wind weer recht van achter gaat komen. Vlak voor de knik in de geul draaien we in de wind, strijken het grootzeil en gaan op alleen fok verder. De geul is op dit punt smaller en dat zou veel gijpen betekenen. Daar kiezen we niet voor. Met alleen fok iets minder snel maar wel veiliger en comfortabeler.

Nu is een keerfok zoals die op de North Beach zit niet echt geschikt voor voordewindse koersen. We hebben daarom de spinnakerschoten ingeschoren door de lei-ogen van de kluiverschoot en daarmee voeren we de fok. Gevolg is dat hij breder uit kan staan en het perfect doet op deze koers.
De fok met de schoot buitenom. Hij staat mooi breed en slaat niet steeds dicht.

We klokken zelfs op alleen fok 4,8kn door het water. Niet ontevreden. Op deze manier zijn we om 14.00 al bij de sluis van Kornwerderzand. Op het moment dat we de kom indraaien en nog druk zijn met net oprollen van de fok blijkt de brug open te draaien voor een binnenvaarder die uit de sluis komt. Aan onze kant staan de lichten op rood, we roepen de sluis aan en onmiddellijk springen de lichten op groen, ook de lichten van de sluis staan al op groen. We worden als enige boot geschut en varen korte tijd later de sluis weer uit. Via de marifoon bedanken we sluismeester voor de snelle service. De fok gaat weer uit en zo gaan we met een 3-3,5kn richting Makkum. Om 14.45 knopen we vast in een box achter de Feadship loods. 23,9nM over de grond en 19,9nM door het water. Stroom mee dus. We hebben mooi gebruik kunnen maken van het opkomende tij.
We liggen praktisch naast de viskraam en die is nog open.

zondag 21 juni 2020

Via Gasboeiengat naar Terschelling

Zondag 21 juni 2020

 Om 19.30 zaterdagavond gooien we los van de steiger van de Cocksdorp, anderhalf uur voor hoog water. Hoewel we het geultje nu een beetje denken te kennen lopen we toch nog 2 keer vast. Het geultje is erg smal en de diepte laat weinig speling. De tweede keer lijkt het echt muurvast, Jur tuigt de uitschuifbare fokuithouder op met een voetplankje van een wadpoot, plaats het plankje op de ondiepte naast de boot en gaat er met zijn volle gewicht in hangen. Zoals je dat bij een vaarboom doet. Na wat geduw, getrek en gedraai met de motor, en geholpen door het nog stijgende water, begint de boot weer voorwaarts te bewegen en verlaten we uiteindelijk het geultje en varen het Robbegat in.
Bij de eerste boei van het Robbegat gaan we ten anker, hijsen de ankerbal en installeren ons ankerlicht. Inmiddels blijkt de windmeter niet meer te werken en ook het zonnepaneel levert niks meer. De plotter werkt nu zonder problemen. We hebben al een paar dagen nauwelijks gemotord en niet aan de walstroom gelegen. We willen daarom niet de plotter de hele nacht aan laten staan maar willen wel een ankeralarm. Zeker omdat er een vinnige wind opsteekt en er door het Robbegat ca. 2 knopen stroom blijkt te lopen.
Jur heeft op de Ipad een navipakket met ankeralarm en dat wordt ingeschakeld. Die blijkt wel een schermmelding te geven maar geen akoestisch alarm. Daar heb je niet veel aan als je wilt slapen. We spreken een ankerwacht af, Jur checkt alles om 24.00 uur en Margaretha om 03.00 uur en om 05.00 wordt ze nog een keer wakker. Een tweede nacht met onderbrekingen en onrust.
Avondstemming boven het Eierlandse Gat

Vuurtorenvan de Cocksdorp vanaf onze ankerplek bij de RG3

 Zondagochtend zijn we vroeg wakker. De wekker staat op 06.30 want we willen om 08.00 het anker hieuwen en de boeg richting Terschelling wenden. De geplande route voert door het Gasboeiengat, dan een paar mijl over een onbetonde ondiepte waarna we het Inschot indraaien. De Brandaris heeft het over een wind Z5 en dat is eigenlijk iets meer dan je wilt als je over een ondiepe onbetonde plaat gaat maar een echt alternatief is er niet (als je naar Terschelling wilt). Kleine complicatie is dat de modder van De Cocksdorp zo vast in de zwaardkast is aangedrukt dat het zwaard muurvast zit. Met harde klappen met een stuk steigerpijp, wat als ankergewicht aan boord is, gaat het zwaard een 10cm naar beneden maar wil dan ook niet meer omhoog. Ook niet fijn als je over een ondiepe plaat wilt.
We gokken er op dat met een puntje zwaard uit de zwaardkast het langsstromende water en de zijdelingse krachten van het geklots het zwaard langzaam losser werken. Zo niet dan komt ie met de eerst harde zandplaat wel weer naar binnen. Na een uurtje blijkt het zwaard inderdaad weer gangbaar te zijn.

Als we de boeien van het Gasboeiengat voorbij zijn moeten we 4 mijl over de ondiepe onbetonde zandplaat die naar het Inschot leidt. Altijd spannend. Met de fok bij en de motor zachtjes aan gaan we behoedzaam met 3,5 knoop over de plaat, ogen strak op de dieptemeter, de plotter en het kompas. De diepte varieert, loopt soms terug naar 1,0m (adem in) en neemt dan weer toe (adem uit) terwijl de niet voorspelde Z5 wind en daardoor ontstane golven ook voor een serieuze verticale component van de bootbeweging zorgen. Nu aan de grond lopen is geen feestje.
Als een plan werkt is de voldoening groot, als we het Inschot indraaien en het grootzeil met 1 rif er bij trekken is de opluchting en voldoening de beloning. De afgelopen dagen hebben we drooggevallen bij Vlieland, over het Posthuiswad naar De Cocksdorp gevaren en via het Gasboeiengat weer naar Terschelling. Dat Posthuiswad staat zeker al 10 jaar op ons wensenlijstje, De Cocksdorp is zowiezo uniek en een route over het Gasboeiengat altijd spannend.
Via Vliestroom, WestMeep en Slenk bereiken we Terschelling West. Met fok en grootzeil lopen we af toe meer dan 6kn door het water, prachtig ongecompliceerd voluit zeilen. We vinden een ligplaats naast een Etap die net voor ons binnen liep. We doeken op en melden ons bij de havenmeester. Een uurtje later begint het te regenen. We denken hier maar een paar dagen te blijven

zaterdag 20 juni 2020

2e dag De Cocksdorp

20-6-2020 zaterdag De poten kwamen om 23.00 niet helemaal vanzelf goed, maar dat kan voor een deel aan het rare bodemprofiel liggen. Terwijl de boot recht lag beide poten aangetrokken en daarna de poot aan bb, de kant van de buurboot helemaal strak aangezet. Bij het verder zakken van het water ging de boot toch weer overhellen en leek de poot aan die kant toch weer te verzakken terwijl sb zijde juist los kwam. Om 02.00 was Margaretha wakker en lag ze toch weer flink schuin. Buurman vertrok om 07.00 en nu liggen we langs de steiger. Daar mag Parel tegen leunen en om te voorkomen dat ze de andere kant op kantelt zit er een lijn van de mast naar de steigerpaal. Kan geen kant op zou je denken. En inderdaad, met laag water staan we keurig rechtop tegen de steiger.
Parel langszij Stella Maris, we beginnen al aardig te hellen

Droog, we leunen stevig op de buurman

Het geultje bij laag water. Mooi is te zien dat niet alle prikken even ver van de geul staan


Als de buurman is vertrokken liggen we aan de steiger

Kielzoolafdruk van Parel in de bagger



vrijdag 19 juni 2020

De Cocksdorp

19-6-2020 vrijdag

 Om 05.00 gaat de wekker, we hadden ankeralarm aan en om 00.00 nog even een kleine inspectie gedaan, positie klopte, ankerlichtje brandde nog, verder slapen. Ons ankerlichtje komt van de Compass, wordt aangesloten op een 12V plug, heeft 4m snoer en wordt met een lijntje omhoog gehesen. Er zit een lichtcelletje in zodat hij dooft als het weer licht wordt. Ledje dus weinig stroom. Om 06.00 gooien we los en volgen de VH boeien tot het Robbengat en draaien dan bb uit richting Cocksdorp. Onze zeehond komt bij de VH21 nog even boven om ons uit te zwaaien. Het geultje naar de Cocksdorp staat niet op de kaart, en wordt door vrijwilligers bijgehouden. De aanloop is goed zoeken, een enkele prik ontbreekt en er staan ook paaltjes die er niet bij horen. We zijn een week geleden vanuit Oudeschild hier naar toe gefietst en hebben toen gekeken hoe de prikken staan. Desondanks zitten we er een keer of 3 naast en aan de grond. Maar we komen er. Minste diepte in de geul, ca 1m, uur voor HW Vlieland met NAP+72. Geultje dus NAP-30.
De track van Parel naar de steiger van De Cocksdorp

Er liggen al 2 platbakken, de steiger is daarmee vol. Eerst proberen we met de boeg aan de kop van de steiger vast te maken. Ik breng met Kwikkie een anker uit naar het midden van het geultje om de kont van de kant te trekken. De buurman ziet het gepruts aan en als het klaar is zegt ie: je kan ook naast mij komen liggen. Dat is een veel betere oplossing, we halen de boel weer in en maken vast naast de stalen schouw HL7. Mijn verwachting is dat bij vallend water hij eerst aan de grond komt en dat ik daarna in de blub wegzak. Tot ieders verbazing sta ik op een vrij harde plaat en zakt de buurman naast de steiger wat dieper weg. Gevolg is dat wij slagzij maken en fors tegen hem aan leunen. Eén van zijn (nieuwe ) stootwillen wordt nogal plat. Kapot? Tijd voor een ontbijtje en koffie in het zonnetje. 
Parel langszij de "Stella Maris" aan de steiger van De Cocksdorp

Posthuiswad

18-6-2020

Volgens Quicktide moeten we om 18.00 weer kunnen varen. Rond 17.00 lukt het de poten uit de modder te krijgen. Om 17.45 gaan we aan het anker trekken en om 18.00 varen we de Vliesloot weer in. Een planning die uitkomt geeft altijd een voldaan gevoel. We willen over het Posthuis Wad richting Cocksdorp. Samen met Geert van de Windroos, die een kaart met veel diepteinformatie heeft (navionics op Garmin plotter) hebben we een route gemaakt. We varen door de Vliesloot tot aan de VS34. Dan 4 waypoints op het Posthuiswad. Ik heb deze in de plotter gezet, helaas gaat die al een paar keer achter elkaar spontaan op zwart. Zonder fysieke boeien is het dan lastig te bepalen waar je heen moet. Het vermoeden is dat het snoer verantwoordelijk is voor het afschakelen dus alle stekkertjes worden nog eens goed aangedrukt en vastgedraaid en dan maar hopen dat ie het niet op een kritiek moment begeeft. Het eerste stuk hebben we het opkomende tij mee, er is een zwakke wind recht tegen. Zo motoren we met een 3,5 knoop over de grond richting wantij. We passeren de gasboei VHgasZ en gaan nu richting VH21. We zitten weer op dieper water. Minste diepte was 1,30m, een uur voor HW Vlieland van NAP+79. De bodem ligt dus op NAP -50. Bij de VH21 gooien we op 5m diepte het anker uit. Weinig wind maar wel stevige stroom.


Avondstemming bij de VH21
Bij de ondergaande zon genieten we van de ankerborrel. Voor ons de vuurtoren van Cocksdorp, achter ons in de verte zien we het licht van Vlieland. Als we net liggen komt een zeehond poolshoogte nemen, we zien hem meerdere keren gedurende de avond even boven komen en kijken. Hij zwemt rond de boot en houdt ons in de gaten. Zo'n grote grijze met een hondekop. Het Wad is prachtig.
Onze zeehond bij de VH21


donderdag 18 juni 2020

Droog bij de vuurtoren van Vlie

Donderdag 18 juni 2020
Margaretha is al vroeg wakker en om 05.15 staat ze op om te gaan douchen. Jur komt er even later ook uit en zet koffie thee etc. Tijd genoeg want vertrek staat gepland om 7.00. We hebben nog een korte babbel met Margreet en Geert en om 7.00 gooien Windroos en Parel los. Windroos gaat kijken of er op Terschelling een plekje is en wij gaan vandaag proberen droog te vallen bij de vuurtoren van Vlie. Dit als voorbereiding op 14-7 als we op Vlie willen zijn voor Eise’s verjaardag en de kans groot is dat de jachthaven vol is. Als we met HW (+63) op de beoogde droogvalplek aankomen blijkt dat  we daar ca 10cm speling onder de kiel hebben. We gaan weer naar een diepte van 4m en gaan voor anker. Nu rekenen en plannen. Quicktide leert ons dat als we vandaag om 18.00 weer willen varen, we de boot om 09.00 aan de grond moeten zetten. Dus nu eerst ontbijt. Dan maakt Jur de wadpoten klaar voor gebruik, die hebben we al heel lang niet gebruikt maar alle onderdelen zijn er en even later liggen ze klaar aan dek.
De dwarsplank onder de staander

Aan de bovenzijde een lijn met blok

Aan de wandputting een haak met oog

Intussen krijgen we van Windroos bericht dat het vak tot 9m vol was maar dat ze in het vak 9-10m mogen liggen. Hun missie is geslaagd.
Om 9.00 gaan we anker op en varen langzaam naar de beoogde ankerplek. De wind is inmiddels gedraaid naar ZO zodat we op lagerwal liggen. Zodra we grond voelen draaien we vol gas de boeg nog zoveel mogelijk naar de wind en laten dan het anker vallen. We hobbelen en stuiteren nog beetje bij beetje verder naar de wal, het anker houdt de kop naar de wind. De wadpoten gaan overboord maar we lijken nog steeds te schuiven over de grond. Nu wachten tot het stuiteren ophoudt en de boot stabiel ligt. Dan kunnen de wadpoten vastgezet. We vullen de 2 putsen met water om straks moddervoeten te kunnen schoonmaken.
De wadpoot vastgesjord aan de wantputting

Enigszins tot mijn verbazing komt er modderwater door de pijp van het zwaard. Daar hebben we dit voorjaar een speciaal afvoer pijpje voor gemaakt. Die wordt aangesloten en het water wordt nu netjes opgevangen in de afwasbak.
Via het overlooppijpje loopt het blubberwater dat door de zwaardkast omhoog gedrukt wordt netjes in de bak en niet in de bilge

Om 10.00 is het water een 20cm gezakt en is de beweging  vrijwel uit de boot verdwenen. We sjorren de wadpoten stevig langszij en dan is het verder afwachten.
Parel staat als een huis in de modder, tijd voor koffie en lunch. Gisteravond hebben we meer dan uitstekend gegeten in De Dining, het haven restaurant. Vriendelijke bediening en uitstekend gegeten voor een redelijke prijs, één maar, ik had mijn windjack laten hangen en daar kwam ik pas achter toen we al in de modder vastlagen. We liggen hier omdat we dat 14-7  met Eise’s verjaardag ook willen dus dan ook maar even testen of je naar de wal kunt. Vlak bij de boot zak ik tot halverwege de knie in de zwarte drek maar iets meer naar de wal toe is het net hard zand. Met geultjes water om de voeten en schoentjes weer even schoon te spoelen.

 Zo wandel ik in een half uurtje naar de haven en kom met windjack weer terug. Terug bij de boot het anker een 20m richting geul uitgelopen, bijna tot aan de knie in de zwarte prut.
Parel met de vuurtoren van Vlieland op de achtergrond

De meest linkse is Parel

Gelukkig hebben we 2 emmers met water klaar staan om schoon te maken en ook de bijboot die onder de zwemtrap ligt maakt dat wat makkelijker. Dan is het weer dutje doen boekie lezen bakkie doen, wachten tot we weer drijven en verder kunnen.

dinsdag 16 juni 2020

Texel naar Vlieland

15 juni 2020, maandag Texel naar Vlieland

10.00 uur scherp starten 3 North Beaches de motoren en gooien synchroon los. Mooi in rij varen wedejachthaven uit. In de vissershaven gaat het zeil omhoog en op de Texelstroom blijkt de wind nog zo bescheiden dat de motor nog even bij blijft.
Windroos onder genaker voor de wind

Parel zet de kegel in het achterstag. Als we de mosselbanken naderen, hangcultuur dus met forse drijvende delen boven water, begint de wind werkzaam te worden.
Tadorna en Windroos onder genaker in het Scheurrak

Windroos en Tadorna brengen de genaker aan dek en Parel boomt de kluiver uit te loevert. Het eerste uur is de stroom nog een beetje tegen maar hij begint daar na mee te lopen. Zo gaan we met een bescheiden vaartje het scheurrak in. Als de stroom echt mee gaat lopen kan de motoruit. We hebben een strak schema. We willen over de plaat, onder het Fransche Gaatje, en we willen daar dus precies een uur voor hoog water zijn.
Parel en Tadorna

Parel voor de wind met uitgeboomde kluiver

Geert heeft een minutieus schema, wanneer we waar moeten zijn op welke minuut, Tadorna en Parel hebben een minder strakke planning maar volgen Windroos. In het Scheurrak begint de stroom heel mooi mee te lopen zodat we tot aan het Inschot tot wel 2 knopen stroom mee hebben. Als de wind inzakt gaat in ieder geval bij Parel de motor weer een beetje bij en als we het Inschot indraaien bij alle drie de boten. Verder in het Inschot kan het zeil ook weer bij maar de motor blijft nodig. We varen gelijk op met een Ovni, die later in de haven mooie fotos gemaakt blijkt te hebben. Ter hoogte van de BS3 gaan we bakboord uit de plaat over, richting bocht Fransche Gaatje en boei VB10. Volgens de Brandaris hebben we iets verhoging en we gaan dan ook moeiteloos over de plaat. Wij zien als minste diepte 1,20m maar volgens de dieptemeter van de Windroos, waarschijnlijk betrouwbaarder, is de minste diepte 1,40m. Blijft toch spannend om een stuk buiten de betonde route te varen. De gegevens die de kaart geeft kunnen ernstig verouderd zijn, het kan fout gaan en dan is het helemaal je eigen schuld. Vandaar het gevoel van opluchting als je weer in de betonde geul komt en, wellicht niet geheel terecht, de voldoening alsof je een prestatie geleverd hebt. En het varen buiten de "gebaande paden" heeft ook een heel eigen charme, avontuur, een beetje wildernisgevoel, geen andere boten, iets oorspronkelijks. En we hebben we een heel stuk afgesneden en tijd gewonnen.
Windroos, Parel en Tadorna naderen haven Vlieland

Parel loopt Vlie binnen

Als we Vlieland haven binnenvaren staat Albert op de pier om fotos te maken. Daarna aanmeren, vastmaken en steigerborrel op 1,5m. Hendrik en Ria blijken met de Harkelijn schuin achter ons te liggen, Hendrik komt zwemmend langs om een praatje te maken.
Steigerborrel met 1,5m

zondag 14 juni 2020

Een dagje Texel


Zondag 14 juni 2020
Gister is Tadorna, de North Beach met Ronald en Jaqueline op Texel binnen gelopen, zodat we weer netjes met 3 North Beaches zijn.
3 North Beaches op Texel

Ronald heeft zelf een bijboot gebouwd en wel een heel bijzondere. Allereerst is het een deelbare, de voor en achterkant kunnen los van elkaar en passen dan in elkaar, ze “nesten”, en passen dan precies samen op het voordek, netjes in lijn met de kajuitopbouw.
2e bijzonderheid is de bouw wijze, namelijk Dacron over latten. De spiegels zijn 10mm  multiplex, daar overheen latjes en daar overheen een kunststof krimpfolie . Superlicht. Er zit uiteraard een vloertje in en een bankje om op te zitten. Hij kan roeien en heeft ook een zeiltuigje. Vanmorgen kregen we een demonstratie in de haven. Trok veel bekijks en bewonderende blikken.
Superlichte bijboot

Een geraamte van latjes en daar krimpfolie overheen. Vloertje op vlam gelegd!

Hij kan roeien, zeilen en er is ook een elektromotor bij.

Na de superdinghydemo zijn we met de vouwfietsjes het eiland rond gefietst. In de Cocksdorp koffie met appelgebak.
De steiger van de Cocksdorp. De prikken staan aan de Noordkant van de geul.

Door de Muy gefietst, met volop bloeiende orchideeën en vanaf de Koog via het Waal en Burgerdijkje weer terug naar Oudeschild. Morgen met 3 NBs naar Vlieland waar we ons bij Albert met de Schone Waardin kunnen voegen.

vrijdag 12 juni 2020

Texel

Vrijdag 12 juni 2020

Gister was er veel regen en zijn we blijven liggen op Terschelling. Voor vandaag is er een Oostenwind 10kn voorspeld en dat is een mooie wind om naar Texel te gaan. In Corona tijden kun je daar niet zo maar naar toe maar voor Texel moet je een dag van te voren een mailtje sturen en dan krijg je antwoord of er plek is. Voor 3 North Beaches had ie wel een plekje. Dus vanmorgen om 09.45 klaar voor en achter en gaan. Schuitegat met 12kn wind in de rug en 1,5kn stroom tegen, beetje geduld, je komt er vanzelf. Dan de Vliestroom 12-15kn bakstag wind en 2-2,5kn stroom mee. Af en toe ruim 8kn over de grond.
Parel, Windroos en Kuum op de Vliestroom
Wij hebben Kwikkie, het rubberbootje er achter hangen dus het mag niet verbazen dat Kuum en Windroos op ons uitlopen. Door hier en daar de bochtjes wat krapper te nemen kunnen we toch nog een beetje in de buurt blijven. Via Inschot, gaan we bij de Paardenhoek sb uit en komen dan langs de Omdraai in het Scheurrak terecht.
Op de Texelstroom zakt de wind in en wordt het dobberen. Wij zetten de boom in de kluiver en de bulletalie op de giek. Daardoor lopen we weer wat in op Kuum en Windroos. Totdat Geert zijn Genaker bijzet. Dan loopt ie weg. Op enig moment zitten we onder honderden vliegjes en de boot ligt wat te klotsen met af en toe 1kn op de teller.
 De eta loopt op tot 23.15, dat is het moment om alles naar beneden te doen en de motor te starten. Kuum volgt ons voorbeeld maar Geert zet door. En hij heeft gelijk, na een uurtje komt er weer wind en kan er weer gezeild worden. Wij zetten nog wel fok en kluiver maar laten gemakshalve het motortje ook maar bijstaan. Zo komen we tegen 17.00 aan in Oudeschild. We melden ons bij de havenmeester, “heeft u al aangemeld?, ja en we moeten een plaats aan steiger B zoeken, ok kom dan maar door.”
Schepen die zich niet een dag van te voren hebben aangemeld, en met een populaire lengtemaat worden teruggestuurd omdat het vol is. Niet iedereen heeft daar evenveel begrip voor blijkt uit de marifoongesprekken.
Als Kuum en Windroos ook hebben vastgemaakt aan steiger B is het tijd voor evaluatie en steigerborrel op 1,5m. Kuum moet morgen weer richting thuishaven, Windroos en Parel hebben minder last van dwingende werkgevers en boeken gelijk voor 3 dagen.

woensdag 10 juni 2020

Terschelling

Woensdag 10-6 2020

 Het plan is om 10.00 los in Makkum, om 12.00 vertrek na de sluis van Kornwerd om dan via Zuidoostrak en Schuitegat naar Terschelling te gaan. Om kwart voor 10 liggen Kuum, Windroos en Parel klaar en besluiten we te gaan. Op de motor naar sluis Kornwerderzand, als we de hoek om komen springt het licht net van rood/groen op groen en we kunnen zo de sluis in. Dat betekent dat we om 10.45 al de sluis uit komen dus volgens het oospronkelijk plan een ruim uur wachten. We leggen aan aan het remmingswerk maar Kuum en Windroos varen door.

Even later een appje, waar blijven jullie nou, wij gaan via de Boontjes. Dat kan ook, dan heb je nog 2 uur stroom mee naar Harlingen, dan de eb mee door de Blauwe Slenk en via Schuitegat naar Terschelling. OK, we gooien los en gaan ook richting Boontjes. De wind is ergens tussen de 3-5knopen en tegen. Windroos en Kuum zijn bijna stilliggend aan het kruisen maar wij houden het motortje bij en zijn een uur voor hoog water bij Harlingen, als we de Pollendam indraaien neemt de wind toe naar 10-15kn en met een restje stroom tegen zeilen we comfortabel richting Blauwe Slenk. We krijgen stroom mee en doen af en toe 8 kn over de grond.
Bij het Pannegat neemt de wind verder toe tot af en toe 19 knopen, de kluiver gaat er af.
Het Schuitegat is andere koek. Hier staat de stroom tegen en de wind ook. En meer wind en meer stroom als waar ik op gerekend had. Met slechts 1,5kn over de grond schuiven we met de motor vol bij tergend langzaam langs de boeien. Als de geul breder wordt trekken we de fok bij en kruisen nu met de motor bij door het Schuitegat, het kost tijd maar we komen er wel. Even na 17.00 gaan we tussen de pieren door naar de haven van “West”. In het vak van 9 meter liggen een paar boten zo ruim dat er eigenlijk geen plek meer is dus we gaan maar in een ander vak kijken. Als we daar hebben aangelegd komt de havenmeester in zijn bootje: we moeten hier weg, in het kleine boten vak is iets voor de 3 North Beaches geregeld. De ruimliggende boten verschuiven wat en er ontstaat plaats voor een North Beach. Één van die boten is een kennis van de Windroos en die heeft het allemaal geregeld. Margreet had onderweg gebeld met de kennis en de havenmeester Even later komen de andere 2 NB’s, Windroos naast hun kennis en Kuum naast ons. De hele North Beach Family weer bij elkaar. Met puts en pikhaak wordt het bier doorgegeven naar de andere schepen en is het tijd voor de aankomstborrel. Ieder op zijn eigen boot keurig op 1,5m
Aankomst borrel op Trrschelling

dinsdag 9 juni 2020

Eiland voor Heeg naar Makkum

Dinsdag 9 juni 2020
Het eerste idee was om via Workum en IJsselmeer naar Makkum te gaan maar vanwege de zwakke Noordelijke wind besluiten we geheel binnendoor te gaan. Via de Yntemasloot naar de spoorbrug van Workum, als Windroos en Parel gepasseerd zijn beginnen de bellen te rinkelen, Kuum moet even wachten. Daarna de Warkumer Trekvaart naar Parrega, bij de van Panhuysbrug bakboord uit het van Panhuyskanaal in. Tot slot lopen we via de Grutte Sylroede Makkum binnen. De sluis is zo klein dat de brug die er overheen ligt niet dicht kan als er schepen in de sluis liggen. Dat is even wachten voor het wegverkeer voordat ze weer verder kunnen. Na de sluis zoeken we een plekje naast de hal van Feadship, betalen bij de havenmeester en pakken dan een visje bij de viskraam. Makkum is goed voorzien.
 Daarna palaver over de tocht van morgen.  Leuk om zo met 3 North Beaches gezamenlijk op te varen.

Kuum op de Gaastmeer

3 North Beaches in Makkum



maandag 8 juni 2020

Een toevallige ontmoeting op het eiland van Heeg

Maandag 8—6-2020

Rond 11.00 rijden we thuis weg en tegen 13.00 zijn we in Warns. Omdat de wind recht achterin de boot staat laden we vlot alle barang over en gooien los. Een klein stukje verderop meren we af aan een Marrekritelandje met meer luwte om alles op zijn plek te bergen en te lunchen. Dan hijsen we zeil en varen af, richting Heeg. We moeten een paar slagen maken en een enkele keer, als er geen ruimte is om te laveren een heel klein puntje motor bij. Het is prachtig zeilen met 10-14 kn wind. Als we bij het Heeger eiland komen zien we in de verte een North Beach uit de Jeltesloot komen. Het blijkt de Windroos te zijn. Windroos draait sb uit Heeg in en wij zoeken een ligplaats op het eiland. Even later komt Windroos er bij liggen en nog wat later blijkt Kuum dezelfde eindbestemming voor deze dag gekozen te hebben. We hadden al een klein app-voorgevoel.
Toevallig met 3 NB's op het eiland voor Heeg

Bij een borrel en 1,5m afstand praten we bij en bespreken mogelijkheden voor de rest van de week. Wij hebben er na deze start in ieder geval weer helemaal zin in.
Palaver met 1,5m