Kraksoy

Kraksoy
Parel bij Kraksoy, Noorwegen

dinsdag 23 juli 2019

van Hesnaes naar Gedser

Dinsdag 23 juli 2019
Hesnaes naar Gedser 20nMijl
Joost is er vroeg bij vandaag hetgeen er toe leidt dat we om 06.00 losgooien, buiten de haven zeil zetten en aan de wind richting Gedser gaan. De koers is met een knikje in de schoot bezeild, we hebben 10-15 knopen wind met een ietwat knobbelig zeetje. Parel doet haar best om de gang er een beetje in te houden en met 3,5 knoop, soms wat minder maar meestal  wat meer zeilen we naar het zuiden. Het is nog een beetje grauw, grijs en nevelig maar af en toe breekt het zonnetje door de grijsheid heen en zorgt voor schilderachtige taferelen. Ik moet denken aan de eerste regels van het gedicht van John Masefield met onder andere de regels:
I must go down to the sea again
To the lonely sea and the sky
..........
And a grey mist on the sea face
And a grey dawn breaking

Die regels raken precies de gevoelige snaar, op zee kan ook grijs bijzonder mooi zijn. 
Als we de kaap bij Gedser ruim voorbij zijn gaan we overstag en bezeilen nu met gemak de aanloop van de jachthaven. Dat is dezelfde geul als de ferryhaven alleen vlak daarvoor gaat de jachtengeul bakboord uit waar de ferry de veerhaven ingaat. De Oostzee gids van René Vleut waarschuwt en zegt dat je als jacht daar niet moet zijn als de ferry daar gaat draaien. Precies als wij er zijn komt de ferry ons achterop, vraag is nu gaat ie draaien of eerst naar de steiger. Dat laatste blijkt het geval zodat we zonder probleem door kunnen naar de jachthaven. Prima haven, prima faciliteiten ( alleen de wifi biedt geen internet) maar wel meer “marina” sfeer dan de gemoedelijke sfeer van Hesnaes. 
Nu studeren op de weerberichten wat we morgen gaan doen. Een dagje blijven liggen zonder wind of toch al door naar Fehmarn.
Verder brengen we een bezoek in het Geo museum, wat hier blijkt te zijn ; volop vondsten uit deze streken, teruggevonden in het krijt, miljoenen jaren oud. En we herkennen onze eigen bijzondere vondsten; schelpafdrukken in vuursteen. En heel bijzonder : Donnerkeil, van het binnenskelet van Beleniten. Dat is een uitgestorven 10 armige inktvis. In veel mythologiën komt Donnerkeil voor. 
Ook bijzonder: een stuk barnsteen met daarin opgesloten (volgens het museum) parende muggen. Al 50 miljoen jaar, niet bepaald een vluggertje.

Vraag me geen details want ik heb geen verstand van barnsteen en ook niet van muggen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten